Alweer een week geleden zetten we voet aan wal in het Beloofde Land, de rugzak vol met indrukken uit arabisch Midden-Oosten en onze hoofden vol verwachting hoe de alom bekritiseerde neuzen bij ons in de smaak zouden vallen. Kosher of toch hallal?
First things first. Volgend op ons spoed-hammannetje na onze laatste blog verlieten we alras Damascus en na de gebruikelijke schermutselingen aan de Syrische grens drukte de laatste Syrische grenswacht ons nog één wijze les toe: you're welcoome!
Met die warme woorden op zak schoten we met gierende banden door Jordanie om op tijd aan te komen op een desert-party in de Wadi-Rum woestijn, in het zuiden van dit niet al te grote, best liberale zandland.
Neerlands hoop in bange DJ-dagen, DJ Armin van Buuren, draaide daar tegen een impossante woestijnsetting, inclusief gaaf lasergebeuren en dito vuurwerkshow. Een contigent Nederlandse trance en dance liefhebbers was ook aanwezig dus al nippend aan onze festivalbiertjes konden we de laatste stand van zaken rondom het Volendamse Paling-gate doornemen (de lokale tragie-comedie van Jan vs. Yolanthe, komop scherp blijven!). Ondergetekende opa en oma hadden helaas wat minder discjockey kaas gegeten en lagen al bijna op een oor, denkende dat die man in het voorprogramma dé DJ Armin was, maar dat terzijde. En zoals het een echte party betaamt ging het feestje de dag erna nog even door, met al die lallende figuren dansend aan een zwembad in Aqaba, aan de Rode Zee.
Enfin, de toon was gezet want Jordanie betekende voor ons vooral een westers intermezzo; strakke snelwegen, straatverlichting alom, relatief veel engels sprekenden. Met koning Abdullah en zijn beeldschone koningin Reina die het liefst in spijkerbroek, zonder hoofddoekkie en met hun lelijke kinderen op de billboards staan, heeft het land van oudsher heel handig een schakel-rol gespeeld tussen het westen en de arabische mogendheden.
Met de vinger langs de Lonely Planet highlights draaide ons witte monster al snel de parkeerplaats van een van de zeven wereldwonderen op: secret-city Petra. En alhoewel een of andere commerciele geest een paar jaar geleden op t idee was gekomen om zelf een nieuwe zeven-wereldwonder-competitie op te zetten, kunnen wij ons wel vinden in deze nominatie. Na een spectaculaire afdaling door een 1.5km lange kloof, doemde daar voor ons een buitengewoon spectaculaire kathedraal-achtige tombe op, uitgehakt uit steen. Voor we t wisten werden we doodgegooid met nog veel meer tempels, amphitheaters en vooral veel tombes. Lange wandelingen voor ons, maar regelmatig zagen we ook een vette Amerikaan als een zak welvaart op een arm ezeltje het terrein over gesleurd worden. Treurig aangezicht.
Om al deze indrukken van ons af te spoelen was het tijd voor die derde zee; na de Med en de Red daalden we af naar de Dead. Niet dat je er een behoorlijke baan kan trekken – het water is yoghurt-dik en zout in je ogen krijgen is alles behalve lachen. Beetje omzichtig drijven en voor de foto een krant liggen lezen dus. Om toch nog even in actie te komen maakten we in de middag een (best pittige) canyoning tour over de rotsen in de Wadi Mujib valley – een kloof met snel stromend water over rotspartijen.
Na een kort bezoek aan de inspiratieloze mozaiekstad Madaba was het tijd om een stukje canyoning te gaan doen met de Israelische grenswachten. Om 7 uur 's avonds kwamen we aan bij de Jordaans-Israelische grens, alwaar een uitgebreid ontvangstcommittee ons opwachtte. Met een kleurrijk Iraans visum in ons paspoort en het feit dat we kort daarvoor nog gehighfived hadden bij aartsvijanden Syrie en Libanon, deed natuurlijk de alarmbellen tot diep in de Knesset afgaan. Of we even onze complete auto uit elkaar wilden schroeven. Nog enigszins hoopvol haalden we een paar items uit onze auto en vroegen licht onschuldig of dat niet voldoende was…
Drie uur later, nadat ieder potlood in de auto was gescanned en de carosserie compleet in- en uit elkaar was geschroefd, stonden we veilig met vier wielen in wellicht het meest besproken stuk land ter wereld (een lullig stripje land van c. 80km breed en 350km lang).
Eerste indruk aan de grens: jonge jongens in casual kleding met een ijzig koele blik in de ogen en een scherpschutgeweer in de hand –vele malen indrukwekkender dan de ietwat jolige, bijna onderdanige arabische 'you're welcoome!' groenhemden bij de buren.
En die gedrevenheid in de ogen is iets wat gemeengoed blijkt te zijn bij de Israeliers; de bijna primitieve kracht waarmee ze in staat zijn geweest om als een van de weinige volkeren gedurende vele millenia te overleven is nog altijd te lezen in de ogen van de behulpzame orthodoxe krullepijp uit Jerusalem, de ronduit onaardige bekeppelde restaurant eigenaar in Tel Aviv en het 25 jarige meisje die ons spontaan letterlijk de rug toekeert als we haar vertellen dat wij de Syriers hebben leren kennen als best gastvrij knapen. Ze zijn gehard en daarom niet altijd even soepel in de omgang.
De reactie van het meisje over Syrie blijkt niet uniek –waar we wellicht verwacht hadden een iets gematigdere of althans een genuanceerdere kijk op Het Conflict aan deze kant van de linie aan te treffen, blijken de Israeliers even vooringenomen en beslist over het inherente kwaad bij de buren als de Syriers en Libanezen over het uitverkoren volk waren twee weken geleden. En wij maar denken dat we dit probleem even gingen oplossen.
Na onze aankomst bracht de jeep ons naar de Gallilea vallei – als vanonder een dikke stoflaag dook er af en toe een bijbelse term op die een kerk, synagoge of zelfs moskee bel deed rinkelen: Jericho, Judea, (kebab) of gewoon die goede oude menorah.
We belandden aan de oever van een van de bronrivieren van de Jordaan (voelde toch even als thuiskomen), waar we aan t begin van de avond discussieren over de situatie met een familie die net buiten Gaza woont. Zij krijgen de Kassam raketten letterlijk om de oren en hun conclusie was een sombere – ze dromen dagelijks van emigreren naar Nieuw Zeeland.
Symbolisch genoeg reden we daarna op aanraden naar de andere kant van de Jordaan om ons daktent-kampement op te slaan. De rust werd al snel verstoord door een Druze (moslim) familie van de Golan die naast ons aan het water kwamen eten; binnen no-time hingen we aan de waterpijp en moesten we onder druk mee-eten. Uitermate hartelijke mensen en bijzonder om het contrast te zien met onze eerdere ontmoeting die avond aan de andere kant van de rivier. Deze Golanners voelden zich evenwel meer Syriers dan Israeliers – ze toonden echter een identiteitskaart die bij 'nationality' leeg was.
De dag erna kamden we de even eigenhandig de Golan hoogvlakte uit – Golan hoogvlakte: tot dan toe was dat 8 uur journaal 'middle east' lingo met een wrange bijsmaak. Wat blijkt: een prachtig mooi vruchtbaar plateau tussen Syrie en Israel vol met wijngaarden. Wel ook duidelijk dat het grote militaire strategische waarde heeft omdat je de ander mooi kan verassen als je vanaf de hoogvlakte naar beneden komt zeilen. Die abstracte lingo werd opeens heel duidelijk door de continue aanwezigheid van mijnevelden links en rechts langs de weg. Binnen een uur zagen we een pro-Syrie demonstratie waarbij kinderen onder begeleiding met Syrische vlaggen zwaaiden en verderop, in een kibbutz, een propagandistische oorlogsfilm over de Israelische heldendaden in de 1973 Yom Kippur oorlog. Uitkijkend over de Valley of Tears, over de de-militarized zone en Syrie daarachter, waren we wel even stil van alle ellende en hardship voor de mensen aan beide kanten van dit conflict.
Wapens, politiek en vooral de continue onzekerheid; het zijn factoren waar de Israeliers mee hebben leren leven. In een supermarkt lopen we tegen twee giechelende 18 jarige meisjes aan, gehuld in hun groene legertenue, een jonge jongen rent met zijn semi-automatische wapen achteloos over zijn schouder door Tel Aviv om de bus te halen en de kranten staan dagelijks bol van de 'settlement' discussie en de interne strubbelingen aan de kant van de Palestijnen.
De spanning is bijna letterlijk voelbaar in Jerusalem, waar we drie dagen zijn. Binnen de oude stad leven de moslims, joden, christenen en armeniers in een soort micro kosmos met elkaar samen – binnen die ene vierkante kilometer hangen de orthodoxen tegen de muur, bidden de moslims ongeveer bovenop ze in de Al Aqsa moskee en bevinden de christenen zich een paar honderd meter verderop in de Sepulchre kerk waar Jezus zijn lift-off had. Een non eet wat baklaava, een pijpekrul loopt door de souq –je hoeft de kranten niet eens te lezen om te voelen hoe precair dit samenzijn is.
Jerusalem heeft een indrukwekkende en geweldadige historie van joodse, christelijke, moslim, christelijke, moslim, joodse heerschappijen en uitkijkend over de stad vanaf de olijfberg kun je niet anders dan je afvragen wanneer de volgende move van welke partij zal komen.
Via een trits van checkpoints, de eeuwige treiterijen aan het adres van de Palestijnen, rijden we de bezette gebieden in. We passeren de Muur die de Israeliers er aan het planten zijn – een 8 meter hoge betonnen oplossing die natuurlijk geen oplossing is. Door de joodse settlements tergend langzaam steeds verder uit te breiden en steeds meer wegen ontoegankelijk voor Palestijnen te maken verstikken de Israliers de Palestijnen langzaam, buiten het zicht van het grote internationale podium. Iets wat op de lange termijn niet houdbaar lijkt en alle goodwill in het grotere plaatje doet verdampen.
In Betlehem (Palestijns gebied) zien we de zwaarbewapende Fatah conferentie, terwijl wij als brave toeristen langs de bewaking wippen om de touch-down plek van Jezus te zien. Over een mixed bag gesproken.
We eindigen de dag met een bezoekje aan Mea She'arim, de ultra orthodoxe joodse wijk in Jerusalem. Overal orthodontisten met witte koppies, louter pijpekrullen, lange zwarte gewaden, vrouwen met pruiken – vrouwen aan de ene kant van de straat, mannen aan de andere kant. Kleurloze buurt, we zijn terug in de jaren 30.
Om met een wat lichtere noot ons Jerusalem bezoek af te sluiten, bezoeken we tot slot ook nog Yad Vashem –het indrukwekkende holocaust museum met veel persoonlijke relazen opgenomen door Spielberg en co. Kippevel. De joodse survivor mentaliteit dringt zich wederom aan ons op – de kracht van de groep en de sense of belonging dwingen ook wel respect af.
Zo blijven we achter met een rare cocktail van emoties, gedachten en persoonlijke ervaringen. De Israeliers zijn een volk als geen ander; vaak onaangepast wat niet altijd in even goede aarde valt, aan de andere kant ook gedreven en gecommitteerd. De relatie met de regio is ook aan deze kant in grote mate gebaseerd op vooroordelen die niet altijd helemaal waar lijken te zijn –het feit dat ook landen als Syrie en Libanon zich ontwikkelen en meegaan in de kapitalistische vaart der volkeren lijkt hier nog niet geland te zijn (toen we vertelden dat ze in Libanon een stuk hipper zijn dan in Tel Aviv ging dat er niet makkelijk in).
Kortom, het zit diep en stevig vast tussen die Israelische oortjes, net zoals het tussen de arabische oortjes zit. Gooi daar nog een klein geopolitiek sausje met een snufje Iran, een toefje Rusland en een lepeltje USA overheen en je hebt een mooie stoofpot. Mozes zou er daadwerkelijk jeuk van gekregen hebben.
En wij dan? Wij blijven vooral over met het besef hoe bevoorrecht we zijn dat we in Nederland niet in die continue druk en onzekerheid dienen te leven over eventuele bomaanslagen, of je je kinderen wel hier wil laten opgroeien, de uitgebreide dienstplicht en de duidelijk aanwezige armoede in Tel Aviv omdat zoveel geld naar het defensiebudget gaat. Doe ons maar gewoon een Paling-gate-tje.
Met die cocktail in onze hoofd reizen we voort. Morgen pakken we onze bullen en trappen het gas nog eens flink in. Richting de Westbank (rellen in Ramallah) en dan via Jordanie snel terug naar Syrie en verder richting het noorden.
Als jullie niet benieuwd zijn waar we over een week zijn, dan zijn wij het wel. Wel of niet Iran, we zullen t zien. Misschien liggen we wel aan de Costa Brava met die cocktail van ons....
Met een zomers saluut groeten wij jullie allen,
Veel liefs, shaloom en salaam,
Tessa & Bart
---nieuwe foto's zijn toegevoegd op www.flickr.com/photos/tessaenbart---
vrijdag 7 augustus 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Was deze week op nr. 56 om even de wederzijdse vakantieverhalen uit te wisselen. Natuurlijk informeerde ik ook naar jullie reis en kreeg meteen enthousiaste verhalen te horen en een webblog door. Nieuwsgierig als buufs zijn, heb ik ingeblogd (of heet dat niet zo?) om even jullie blog te lezen. Nou dat even werd even iets langer. Ben gaan lezen en ben geboeid blijven lezen. Klinkt allemaal waanzinnig en leest heerlijk weg…
BeantwoordenVerwijderenNr. 58 mist ‘het witte monster’ in de straat, maar begrijp dat het niet wederzijds is.
Enjoy en bij terugkomst you’re welcooome (ook al is het alleen om een driedubbele kruiskop sleutel te lenen)! Sigrid
prachtig jullie beschrijvingen en verwarringen en oordeel-behoefte en onmpogelijkheid daarvan. ik geniet van jullie verhalen. bedankt. kijk uit naar het volgende traject en verslag ervan. op naar Iran!!!!! hartelijke groet van marijke
BeantwoordenVerwijderen